Op 3 oktober zijn twee Belgische journalisten aangevallen in Libanon, een woedende menigte verdachten de twee van spionage. Het is niet de eerste keer dat journalisten worden verdacht van potentiële spionage. Dus hoe veilig is de persveiligheid in (oorlogs)landen?

Oorlogsverslaggeving is een gevaarlijke tak van journalistiek. Als oorlogsverslaggever verblijf je in een land waar zich conflict afspeelt. Ondanks dat bescherming wordt aangeboden is dit natuurlijk altijd risicovol. Volkswoede is ook een groot gevaar. Dit houd in dat een verslaggever persoonlijk wordt aangekeken op iets wat hun regering heeft gedaan, of ‘het buitenland’ heeft gedaan.

Tegen fysieke gevaren dragen oorlogsverslaggevers vaak een kogelwerend vest en een helm, toch helpen deze middelen niet erg veel wanneer er van dichtbij bijvoorbeeld een raket afvuurt wordt. Ook val je eerder op en word je misschien eerder doelwit, van geweld of een ontvoering. Zo werd op 11 mei 2022 de Palestijnse journaliste Abu Akleh opzettelijk dood geschoten door Israëlische militairen doordat zij opviel met haar hesje. Het Israëlische leger sprak van een leugen.

Ongetraind

Nog altijd gaan veel oorlogsverslaggevers ongetraind naar een oorlogsgebied. Het is essentieel om vooraf een soort plan te hebben om voorbereid, zeker en veilig te zijn. Een veiligheidsanalyse is er om voor te zorgen dat je op bepaalde vragen een duidelijk voordehand antwoord kan geven, bijvoorbeeld; is er water en voedsel op mijn bestemming? Het is niet verstandig om te lang op dezelfde plek te blijven, onvoorspelbaarheid is veiliger.

Persvrijheid

Persvrijheid houdt in dat iedereen mag zeggen en schrijven wat hij wil. Dit is een grondrecht en een onderdeel van het vrijheid van meningsuiting en zorgt ervoor dat journalisten hun beroep kunnen uitoefenen zonder bedreigd te voelen.

Uit een jaarlijks rapport van ‘’Verslaggevers zonder Grenzen (RSF)’’ staat Nederland op plek 4, in 2021 stond Nederland nog op plek 21 door de moord op Peter R. de Vries. Oorlogslanden zoals Rusland (plek 162), Syrië (plek 179) en Iraq (plek 169) staan laag doordat de spanningen hoog zitten.

Toekomst van oorlogsverslaggevers

Oorlogsverslaggever zijn blijft moeilijk en daarom hebben er meerdere onderzoeken plaatsgevonden voor alternatieven om ervoor te zorgen dat het vak wat veiliger wordt. Zo maakt de Britse Eliot Higgins gebruik van Open Source Intelligence: OSINT. Hij gaat sociale media af opzoek naar informatie over oorlogen in de wereld. Hij vergelijkt bijvoorbeeld foto’s en filmpjes op Facebook, Twitter of Youtube van wapensystemen en probeert die aan de hand van satellietbeelden te lokaliseren.

Een ander alternatief in de oorlogsverslaggeving is het inzetten van lokale journalisten in plaats van om zelf naar het land af te reizen. NOS huurt bijvoorbeeld met overleg lokale teams in om materiaal en informatie te verzamelen. Dit wordt ingezet als buitenlandse media een land niet binnenkomen, of als bezuiniging.

Eerder maakten oorlogsverslaggevers al gebruik van lokale (hulp)mensen. Mensen die de weg kennen, de taal spreken en interviews regelen.