Op dinsdag 5 november gaan de Amerikaanse verkiezingen van start. Het Amerikaanse stemsysteem zit anders in elkaar dan dat van Nederland. Niet alleen omdat er in Amerika een beperkte keuze is, maar ook omdat het meeste aantal stemmen niet de winnaar bepaalt. 

Kandidaten
De twee kandidaten voor de 60e verkiezingen van Amerika zijn Donald Trump en Kamala Harris. Donald Trump vertegenwoordigt de republikeinen en doet voor de derde keer mee. In 2016 won Trump van Hillary Clinton. Vier jaar later in 2020 verloor hij de strijd voor het presidentschap tegen Joe Biden. Joe Biden is op 21 juli 2024 uit de race voor presidentskandidaat gestapt. Op 2 augustus is Kamala Harris officieel de vervanger van Biden als democratische presidentskandidaat. Eerder was Harris al actief als vicepresident van Biden in 2021. 

Voorverkiezingen
Voordat er officieel een presidentsverkiezing gehouden kan worden moeten er eerst voorverkiezingen gehouden worden om een presidentskandidaat te selecteren. Deze voorverkiezingen heten primaries en caucussen. Primaries zijn de formelere versie van de voorverkiezingen, bijvoorbeeld naar de stembus gaan. Caucussen gaan er wat anders aan toe, mensen nodigen bijvoorbeeld de hele buurt uit om op een locatie zoals een kerk of school te debatteren over de aanstaande kandidaat. Na het debat worden de stemmen op informele manier uitgebracht door bijvoorbeeld te schreeuwen en stickers te verspreiden. Als de winnaars van de voorkiezingen bekend zijn kan de echte strijd om het presidentschap beginnen.  

Verkiezingen
De verkiezingen vinden dit jaar plaats op 5 november, dit is altijd op een dinsdag en wordt ook wel ‘Election Day’ genoemd. Je zou zeggen dat de kandidaat met de meeste stemmen wint, maar zo werkt het niet. Amerika heeft indirecte verkiezingen, het kiescollege wijst de president aan. Dat college bestaat uit 538 kiesmannen die uit alle vijftig staten van de VS komen en hoe meer inwoners in een staat hoe meer kiesmannen het heeft. Zo heeft Californië 55 kiesmannen en het klein bevolkte Alaska maar 3. Wie de meeste stemmen wint in een staat krijgt alle kiesmannen, dit kan zelfs afhangen van maar een paar stemmen. Als er 100 mensen zijn die stemmen in een staat en 51 van hen stemmen op Harris en de andere 49 op Trump, dan zou Harris dus de meeste stemmen hebben en dus alle kiesmannen winnen. Het hangt dus allemaal af van het totale aantal kiesmannen. 

Voor het presidentschap heb je de meerderheid nodig van die 538 kiesmannen van het kiescollege, je moet dus 270 kiesmannen krijgen om te winnen.

Safe states & swing states 
Niet elke staat is even belangrijk bij de verkiezingen. In sommige staten is het eigenlijk nu al duidelijk of de Democraten of Republikeinen daar gaan winnen, dit worden safe states genoemd en daar wordt niet zoveel campagne gevoerd. New York is het voorbeeld van een Democratische safe state en Alabama is een voorbeeld van een Republikeinse safe state. Dit is geen totale zekerheid en zou altijd kunnen veranderen, maar ze staan meestal altijd wel zeker vast.

De overgebleven staten worden swing states genoemd, daar is het nog niet duidelijk welke kant het kiest. Daarom worden er in swing states met als voorbeeld Florida veel campagne gevoerd. Wie de swing states wint, wordt president.