Vrouwen hebben een lange weg afgelegd als het gaat om de acceptatie in de sportwereld. Dit is de geschiedenis van vrouwen in de sportwereld!

Oudheid

In 776 voor Christus werden de eerste Olympische Spelen georganiseerd. Alleen de Griekse mannen mochten deelnemen aan het toernooi dat werd gehouden in de Griekse stad Olympia. Het zat zelfs zo dat vrouwen die in een huwelijk zaten niet mochten toekijken op de tribune. Alleen ongetrouwde vrouwen waren aanwezig op de tribune. Maar er ontstond een uitzonderlijke situatie die dateert van 396 en 392 voor Christus. Zo won prinses Cynisca van Sparta, dochter van de Spartaanse koning Archidamus II, als eerste vrouw goud op de Olympische Spelen. Ondanks haar koninklijke status mocht ze net als de ‘normale’ vrouw niet deelnemen aan het mannen toernooi. Ze stuurde haar zelf getrainde paarden naar Olympia en die wonnen uiteindelijk in het onderdeel wagenrennen. Hoewel de koninklijke prinses zelf geen stap zette in Olympia, werd de overwinning op haar naam gesteld.

Rond de 6e eeuw voor Christus richtten de vrouwen in het oude Griekenland hun eigen toernooi op, genaamd De Heraeaanse Spelen, vernoemd naar Godin Hera. Een toernooi exclusief voor ongetrouwde vrouwen in een tijd waarin mannen de sportevenementen domineerden. De vrijheid om te sporten voor vrouwen was afhankelijk van de cultuur waarin ze opgroeide, hun sociale status en de politieke beperkingen die ze opgelegd kregen. Zo mochten vrouwen van de nomadische stammen deelnemen aan officiële paardrijwedstrijden en er bestond een antieke Griekse dans die een competitief element kende. Maar het merendeel van de vrouwen was ondergeschikt aan de mannen als het ging om sporten.

Doorbraken 20e eeuw en mijlpalen

Gedurende die tijd veranderde het beeld van vrouwen in de sportwereld niet. Tot we aankomen in de 20e eeuw. De tijd waar het woord emancipatie steeds meer vorm begint te krijgen en vrouwen hun stem beginnen te vinden. In de 19e eeuw bestond er de dominante overtuiging dat iedere mens een vaste hoeveelheid aan energie had. Als deze energie fysiek en intellectueel tegelijkertijd tijd gebruikt werd, dan zou dat gevaarlijk zijn. Vooral voor vrouwen, aangezien zij tijdens de menstruatie periodiek verzwakt zouden zijn. Door dat stigma over vrouwen en mensen zoals Dr. Edward Clarke (Medische professor aan de Universiteit van Harvard) die beweerde in zijn publicatie Seks in Education in 1874 dat vrouwen zowel fysiek als intellectueel minder waren dan mannen, gingen vele kansen verloren voor vrouwen in de sportwereld.

In de laatste jaren van de 19e eeuw en begin 20e eeuw groeide de interesse van vrouwen in sport steeds meer en ontwikkelde zich een verandering. Er werden informele sportclubs opgestart namens vrouwen en het werd steeds competitiever. In 1884 voegde Wimbledon, het oudste tennistoernooi van de wereld, een enkelspel vrouwentennis toe aan het toernooi. Ook startte in 1896 de eerste ‘moderne’ Olympische Spelen in Athene. In 1900 mochten voor het eerst vrouwen deelnemen aan het destijds grootste toernooi van de wereld. Totaal deden er 19 vrouwen mee, maar wel bij de ‘vrouwelijke’ sporten. Hélène de Pourtalès maakte deel uit van de Zwitserse zeilploeg die een gouden en een zilveren medaille won in Parijs. Ze werd zo de eerste vrouw die een olympische medaille veroverde in de moderne tijd.

Het duurde tot 1928 totdat de vrouwen ook mochten deelnemen aan de atletiek en gymnastiek. In 1924 werden voor het eerst de Olympische Winterspelen georganiseerd en vrouwen mochten integendeel tot zomerspelen nu wel meteen deelnemen. Alleen bleef het wel beperkt tot het kunstschaatsen. Door namen zoals Babe Didrikson Zaharias (golf, atletiek), Billie Jean King (tennis), Wilma Rudolph (atletiek) en Jackie Joyner-Kersee (atletiek) werden de vrouwen in de sportwereld steeds serieuzer genomen. Zo worden de sport natuurtalenten omschreven als doorzetters en als pioniers van de emancipatie van vrouwen in de sportwereld.

Moderne tijd

Terwijl in veel sporten vrouwen steeds meer beginnen te klimmen, duurt het tot 1991 voordat de FIFA een WK organiseert voor de vrouwen. 61 jaar nadat het eerste WK voor mannen plaatsvond. Het vrouwenvoetbal is een goede indicatie van waar de vrouwen op dit moment staan in de sportwereld. De weg die vrouwen hebben afgelegd is enorm en noemenswaardig, maar hoewel ze wel degelijk bij veel sporten een waardig podium krijgen, valt er nog een hoop te winnen. Door de fysieke voordelen zullen mannen in veel sporten altijd een streepje voor hebben, maar het vrouwenvoetbal is een van de meest groeiende sporten ter wereld en vrouwen krijgen in de tegenwoordige sportwereld steeds meer publiek. Zo wordt Serena Williams gezien als een tennislegende, wordt het vrouwenvoetbal naarmate de tijd verstrijkt steeds interessanter om naar te kijken, is er in de dartswereld tussen de mannen een heuse queen (Fallon Sherrock) ontstaan en versloeg basketbalspeelster Sabrina Ionescu de beste basketbal shooter allertijden, Stephen Curry, bijna in een 3 points contest.

Vanaf hier kan het alleen maar beter worden. Vrouwen verdienen terecht steeds meer hun sporen in een ‘mannenwereld’!